Naar nieuws

COVID-19 zorgt voor uitgestelde zorgvraag: vier oplossingsrichtingen

20 april 2020

Vóór de uitbraak van COVID-19 hadden ziekenhuizen al capaciteitsproblemen. De wachttijden voor sommige aandoeningen waren lang en door personele problemen was onvoldoende operatiecapaciteit beschikbaar. Nu de planbare zorg weer wordt opgestart, zullen de wachtlijsten alleen maar toenemen. Eén van de oplossingen is het verplaatsen van zorg naar de eerste lijn. Maar is daar ruimte om deze extra uitgestelde zorgvraag aan te kunnen?

Niet zomaar. Ook in de huisartsenzorg was de werkdruk al hoog. En ook daar is sprake van uitgestelde zorg als gevolg van de coronacrisis. Hoe kan de eerste lijn dan toch een deel van deze zorgvraag opvangen? In dit artikel geven we eerst een beeld van de uitgestelde zorgvraag en schetsen daarbij vier mogelijke oplossingsrichtingen.

Opgelopen achterstand

Het is alle hens aan dek in de zorg. Niet alleen de artsen en verpleegkundigen van de Intensive Care werken met COVID-19 patiënten, ook zorgverleners van andere specialisaties worden ingezet. Niet-urgente en planbare zorg wordt uitgesteld, zoals operaties, dagbehandelingen en polikliniekbezoeken. Sinds half maart zijn er 360.000 reguliere verwijzingen door huisartsen naar ziekenhuizen minder dan andere jaren, volgens de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Het aantal verwijzingen lag eind maart 62% lager dan het aantal verwijzingen een jaar eerder. De uitgestelde zorgvraag neemt daarmee toe met 85.000 verwijzingen per week. Momenteel wachten naar schatting 300.000 mensen op een afspraak in het ziekenhuis, volgens cijfers van de NZa en Zorgdomein. Maar ook in de eerste lijn wordt minder zorg verleend. Mensen bezoeken de huisarts minder, uit angst voor besmetting of om de zorg te veel te belasten. Dit wil niet zeggen dat de zorg niet nodig is. Er ontstaat daardoor een uitgestelde zorgvraag.

Oplossingsrichtingen

De nu al hoge ervaren werkdruk in de eerste lijn en de ontwikkelingen rondom de uitgestelde zorgvraag door COVID-19 laat zien dat de eerste lijn niet zomaar een deel van de tweedelijnszorg kan overnemen. Het vraagt om een andere manier van het organiseren van zorg. Hoe? Vier mogelijke oplossingsrichtingen:

  1. Zorg dat je weet waar het knelt. Belangrijk is dat je als eerstelijnsorganisatie tijdig anticipeert op mogelijke capaciteitsproblemen die kunnen ontstaan bij het inhalen van de uitgestelde zorgvraag. Hoe? De eerste stap is in kaart brengen wat je in huis hebt: welke zorgverleners en functies er zijn. En hoeveel vraag naar capaciteit er is vanuit de directe patiëntenzorg, maar ook bijvoorbeeld voor het rijden van visites, huisbezoeken, overleggen en andere zorggerelateerde activiteiten. Om een goede keuze te kunnen maken in de te nemen stappen, is het belangrijk om inzicht te krijgen in de opgelopen achterstand. Breng in beeld hoeveel patiënten er minder gezien zijn, o.a. van welke aandoening en welke leeftijdscategorie. Kijk vervolgens vooruit en breng middels scenario’s in kaart welke capaciteitsbehoefte er naar verwachting gaat zijn. Is per functie voldoende capaciteit beschikbaar? Of is er een tekort of overschot? En is per subspecialisatie voldoende capaciteit beschikbaar? Pas als je weet waar het knelt, kun je aan oplossingen gaan werken!
  2. Werk samen aan het integraal opstarten van zorg. Stem als eerste en tweede lijn samen af welke patiëntgroepen als eerste weer gezien gaan worden, en welke zorg waar verleend kan worden. Bespreek met elkaar hoe het zorgpad voor deze patiënten zo efficiënt mogelijk ingericht kan worden. Er zijn verschillende succesvolle voorbeelden, zoals het uitvoeren van diagnostisch onderzoek door een (kader)huisarts in plaats van in het ziekenhuis of het werken met thuistesten bij bepaalde aandoeningen. Je vindt meer voorbeelden op de website www.dejuistezorgopdejuisteplek.nl. Natuurlijk denken wij bij Mura graag met je mee over een passende oplossing of zorgpad.
  3. Meer aandacht voor preventie. Dit is wellicht een oplossing voor de langere termijn. Maar wel een die nú al voldoende aandacht vraagt om te zorgen dat ons zorgsysteem (meer) toekomstbestendig wordt. Als zorgverleners kun je bijvoorbeeld meer inzetten op bekkenbodemfysiotherapie (bij incontinentie), valpreventie, of de Gezonde Leefstijl Interventie. Ook versterking van de samenwerking tussen zorg en sociaal domein is hierbij van belang, bijvoorbeeld in wijkgerichte projecten als Gezondhuizen.
  4. Investeren in digitalisering en e-health. Door de crisis is het aantal e-healthoplossingen alleen maar gegroeid en is de noodzaak en het momentum aanwezig om deze oplossingen in te zetten. Veel leveranciers bieden hun applicatie tijdelijk kosteloos aan en in de praktijk blijken we meer digitaal te kunnen doen dan we eerst voor mogelijk hielden! Beeldbellen zit flink in de lift en daarnaast zijn verschillende digitale innovaties in een stroomversnelling terecht gekomen. Zo hielpen wij Eerstelijnscentrum Tiel, Fysiotherapiepraktijk Passewaaij, Leefstijlcoaching Sione en de BENU apotheken in Tiel al op weg met e-healthtoepassingen. Kijk voor inspiratie op: https://www.icthealth.nl/.

Meer informatie

Heb je behoefte aan meer informatie? Wil je eens sparren over hoe je jouw praktijk het beste voorbereidt op de uitgestelde zorgvraag? Neem dan contact op met Marjoke Dijkema om ideeën en mogelijkheden te bespreken.