Blog: Wat als… COVID-19 je gezin binnensluipt?
Door: Ingrid Elie.
Op het moment dat iedereen halverwege maart te maken kreeg met de nieuwe realiteit van thuiswerken en gesloten scholen en horeca, bleek COVID-19 ons gezin te zijn binnengeslopen. En vanaf toen stond niet alleen de buitenwereld op zijn kop maar ook onze binnenwereld. Echtgenoot werd als eerste ziek en omdat hij in de zorg werkt, kon hij getest worden. Omdat hij positief testte, leverde hem dat isolatie op in de slaapkamer en ons als gezin quarantaine in huis. Hij bleek het eerste dominosteentje.
Met 4-0 verslagen
In de weken erna vielen mijn gezinsleden en ik als opeenvolgende dominosteentjes ten prooi aan het virus. Nadat we als gezin met 4-0 verslagen waren door COVID-19, leefden we in een roes: de dagen en weken regen zich aaneen. We waren druk met zorgen voor elkaar en nog meer met zorgen maken om elkaar. Naast de fysieke belasting bleek met name de emotionele belasting vele malen zwaarder dan verwacht. Wat zou het beloop zijn, krijgt één van ons het (opeens intredende) gevreesde beloop en belandt in het ziekenhuis? Het voelde als het zwaard van Damocles. De overal aanwezige en weinig opwekkende berichtgeving in de media over COVID-19 maakte ons alleen maar onrustiger.
Helaas bleek de situatie voor één van ons inderdaad zodanig verslechterd dat een bezoek aan de Spoedeisende Hulp noodzakelijk was. Iemand achterlaten op de SEH, niet wetend of en zo ja, wanneer je elkaar weer ziet… dat was precies waar we bang voor waren. Gelukkig keerde het tij en trad herstel in: met ups en downs. Zeven weken later kregen we het bewijs dat COVID-19 ons gezin weer had verlaten. Helaas vertrok COVID-19 niet zonder diepe sporen achter te laten. De tijd leert of deze gaan verdwijnen of vervagen.
Overleven dankzij digitale techniek
Was het voor ons als gezin dan alleen kommer en kwel in die zeven weken? Nee, gelukkig niet. COVID-19 liet ons, hoe cliché het ook klinkt, ook inzien wie en wat er echt toe doen in ons leven. Veel mensen in onze omgeving lieten zien dat ze er voor ons waren. We kregen hulp van alle kanten. Daar maakten we de eerste weken dankbaar gebruik van. Maar we wilden hier liever niet afhankelijk van blijven. Gelukkig maakte de techniek het mogelijk dat we ondanks dat we ons huis niet uit mochten, toch voor onszelf konden zorgen. Boodschappen, maaltijden en pakketjes konden we digitaal bestellen en laten bezorgen tot aan de voordeur, zonder contact en risico op overdracht van het virus. We onderhielden contact met onze naasten via appen en beeldbellen. In onze binnenwereld hielp de digitale techniek ons zelfstandig te overleven.
“Nog nooit was de urgentie om contactloos te communiceren zo groot als nu.”
Contactloos communiceren
Ook in de buitenwereld werd er alles aan gedaan om de verspreiding van het virus te voorkomen. Fysiek contact en fysieke nabijheid tussen zorgverleners en patiënten/cliënten moesten worden vermeden. Nog nooit was de urgentie om contactloos te communiceren zo groot als nu. Beeldbellen, tot dan toe niet echt van de grond gekomen, werd (soms noodgedwongen) omarmd. De implementatie daarvan was even wennen. Zorgverleners konden hierbij soms wat hulp gebruiken. Zo hielpen mijn collega’s van Mura bij de implementatie van beeldbellen in een groot gezondheidscentrum. Ook hielpen ze bij het schrijven van een aantal aanvragen voor de Stimuleringsregeling E-Health Thuis (SET).
Niet omdat het moet…
Nu we ook in de buitenwereld hopelijk in wat rustiger vaarwater komen, hoop ik van harte dat een techniek als beeldbellen en andere digitale toepassingen in de zorg een vaste plaats krijgen. Niet omdat het moet, maar omdat het een waardevolle aanvulling kan zijn op face-to-face-contacten tussen zorgverlener en patiënt/cliënt.
En verder wens ik iedereen van harte toe dat COVID-19 zijn/haar deur contactloos voorbijgaat!