Blog: Het verschil tussen OZOverbindzorg en een PGO in drie ‘essentials’
Door Cindy Hobert (directeur OZOverbindzorg) en Eefje de Bruijne (directeur Mura Zorgadvies).
Veilige digitale informatie-uitwisseling tussen patiënt en zorgverlener kan op zoveel verschillende manieren dat het de gebruikers weleens duizelt. Wat maakt OZOverbindzorg dan zo handig? Is dat niet nóg een systeem erbij? Nee. Dat is het niet. Maar wat is het wel? En waarom kan het juist ondersteunen? Je leest het in dit blog van Cindy en Eefje.
Eefje: “Onze ervaring bij Mura is dat zorgverleners soms terughoudend zijn als we het over aansluiten bij OZOverbindzorg hebben: ‘Weer iets erbij.’ ‘Hoe sluit dit aan op onze systemen?’ ‘Nog een inlog te onthouden.’ ‘We hebben al een portal voor onze patiënten of mensen halen hun informatie straks uit een PGO. Waarom is dan OZO nog nodig?’ Terwijl OZO juíst veel toevoegt en een ander doel heeft dan een PGO of andere applicaties. Maar dat moet je wel uitleggen, want veel mensen zijn toch een beetje ICT-moe. Cindy, hoe kijk jij daarnaar als directeur van OZOverbindzorg?”
Cindy: “Dat herken ik zeker. OZOverbindzorg is een middel om met elkaar te communiceren (in plaats van bellen, mailen, appen, faxen, etc.) over de zorg en het welzijn van een individu*, waarbij mensen zelf (natuurlijk) ook meedoen. Het is geen dossier. Samenwerking en mensen staan centraal, niet de ICT.”
In een eerder artikel van Mura kon je al lezen over het veilig, goed en tijdig uitwisselen van gestandaardiseerde informatie tussen de zorgverleners en de patiënt. De veelheid aan apps, portals en andere ICT-oplossingen maken het er niet makkelijker op om door de bomen het bos te zien. Hoe draagt OZOverbindzorg daaraan bij en hoe verschilt OZO van bijvoorbeeld een PGO?
Er zijn drie essentiële punten die laten zien wat OZO anders en van meerwaarde maakt:
- Informatie is iets anders dan communicatie;
- Van ‘mijnen’ naar mensen;
- Het leven bestaat uit meer dan zorg.
1. Informatie is iets anders dan communicatie
“PGO’s vergroten de versnippering en onduidelijkheid tot nu toe alleen maar”
PGO staat voor Persoonlijke Gezondheidsomgeving. Dit is een website of app waar een patiënt toegang heeft tot zijn eigen gezondheidsdata. Het gaat om gegevens die zijn opgeslagen door bijvoorbeeld de huisarts of het ziekenhuis. Een patiënt kan deze gegevens inzien en ook zelf de eigen gegevens in zijn/haar PGO vastleggen. Een PGO is een verzamelplaats van gezondheidsgegevens.
OZOverbindzorg is dé plek voor communicatie over zorg en welzijn. OZO is dus geen PGO, maar zo zegt Cindy: “OZO kan een enorme hulp zijn voor PGO’s, als communicatiemiddel. Dat gebeurt onafhankelijk, in het midden. Als er maar één PGO zou zijn, dan zou communicatie ook daarbinnen kunnen, maar door de ruime keuze aan PGO’s blijft onduidelijk waar welke informatie ligt. Ook zien we nu al dat mensen soms meerdere PGO’s hebben. Kortom: nog steeds versnippering en onduidelijkheid. OZO blijft dus hiernaast bestaan om te helpen overzicht en verbinding te krijgen. Ons doel hebben we pas behaald als we overbodig zijn.”
2. Van ‘mijnen’ naar mensen
“Elektronische gegevensuitwisseling is geen antwoord op de wildgroei aan systemen”
Iedere professional heeft een eigen dossier en als individu kun je inloggen op diverse systemen en portals. Van je zorgverzekering tot je ziekenhuisdossier en van Carenzorgt (wijkverpleging) tot het wijkteam van de gemeente. Maar wie is er nu precies betrokken bij de zorg en ondersteuning? En weten zij dit van elkaar? “Iedereen houdt vast aan de eigen systemen. Al die bestaande systemen naast elkaar vormen een grote belasting voor zorgprofessionals”, vertelt Cindy. “Ik noem dit ook wel het ‘mijn’enveld. Ook het grote aanbod aan PGO’s, vergroot dit mijnenveld alleen maar.” Het ministerie van VWS zet maximaal in op elektronische gegevensuitwisseling. Dat moet een antwoord bieden op de wildgroei aan systemen.
Hoe kijkt Cindy daarnaar? “Ik zie niet in hoe dat een oplossing is voor zorgverleners. Denk je dat de huisarts in het dossier van de wijkverpleging gaat kijken, of andersom? Weten ze überhaupt of en van welke organisatie iemand thuiszorg krijgt? En als die drempel genomen is, weten ze dan nog hun inlogcode voor het systeem van organisatie X, Y of Z? Daar hebben ze helemaal geen tijd voor. Bovendien, wat gaan ze daar dan vinden? Wat iemand heeft? Dat weten ze allang. Je wilt weten wat we nú, vandaag en morgen gaan dóen, wat er aan de hand is en wie daarbij betrokken zijn. Dat is geen dossiervoering, dat is communicatie. Dat is OZO. Dit gaat niet over ICT, maar over mensen.”
3. Het leven bestaat uit meer dan zorg
“Vanuit de zorg kijken we teveel in hokjes naar mensen”
“Deze afbeelding kwam ik pas tegen op LinkedIn”, zegt Eefje. “Voor mij illustratief voor hoe we vaak vanuit onze (zorg)systemen en hokjes naar mensen kijken. Patiënt is in deze context dus eigenlijk ook geen goed woord.” Cindy quote daarin Nico van Meeteren, die zegt: ‘Je kan de patiënt niet betrekken bij zijn zorg, de patiënt kan hooguit jou betrekken.’ Cindy: “En daar moeten we naartoe. De zorg heeft geen patiënten, maar mensen hebben (soms) zorg nodig. En het leven van mensen draait om veel meer dan zorg.”
Eefje: “OZO past volgens mij ook perfect in de benadering van positieve gezondheid: gezondheid is meer dan de afwezigheid van ziekte. Hoe ga je om met de uitdagingen die het leven je biedt? Zingeving, dagvulling, sociale relaties; deze dimensies zijn minstens zo belangrijk als je fysieke / medische gesteldheid. Logisch dus dat je ook in je communicatie en samenwerking dan breder kijkt dan alleen de geijkte zorgpartners.” Cindy vult aan: “Je kunt niets overleggen zonder diegene waarover het gaat. Door OZO te gebruiken krijg je transparantie.” Ook dit is een verschil met het PGO, wat veelal meer medisch georiënteerd is.
Niet alleen voor ouderen
OZOverbindzorg kent zijn oorsprong in de ouderenzorg. Maar naast ouderenzorg wordt OZO sinds kort ook door Jeugdzorg gebruikt en in de GGZ en het sociaal domein. “Ook daar is grote behoefte aan betere communicatie. Want bij een kind in het basisonderwijs zijn vaak al tien of meer personen betrokken. Naast de ouders zijn dat de leerkracht, een IB-er, de huisarts, een fysiotherapeut een orthopedagoog en ga zo maar door.” Cindy verwoordt dit mooi: “OZO heb je nodig van de wieg tot het graf, waarin jij zelf bepaalt wie er in welke levensfase toegang krijgt tot jouw OZO. Hierdoor is altijd het actueel betrokken netwerk in beeld, goede samenwerking over alle domeinen heen. ”
Geen systeem, geen dossier, wel communicatie
Tot slot benadrukt Cindy nogmaals: “OZOverbindzorg is geen ICT-systeem, geen dossier, het draait om communicatie. Een andere manier van communiceren, die bijvoorbeeld (onbeveiligde) mails, de fax, apps of (eindeloos in de wacht hangen aan de) telefoon vervangt. En daarmee tijd bespaart. OZOverbindzorg vormt een netwerk van hulpverleners rondom het individu. Binnen dat netwerk kan iedereen gerichte vragen stellen, antwoord geven en signalen afgeven. De zorg, het welzijn en alle betrokken partijen zijn hierdoor overzichtelijk in beeld. Daarmee is het in de kern anders dan allerlei apps en systemen die zich richten op het toegankelijk maken of uitwisselen van (dossier)informatie.”.
Meer informatie
Meer weten over OZOverbindzorg? Neem contact op met Suzan Buitenhuis, zij vertelt je graag over de mogelijkheden.
*We gebruiken bewust het woord individu, in plaats van patiënt, cliënt, hulpvrager, burger of inwoner. Dit doet meer recht aan de breedte van OZOverbindzorg: OZO is voor iedereen.