Naar nieuws

AZWA: Wat betekent het voor de eerste lijn?

10 december 2025

Met het nieuwe Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA) komt er meer richting én kracht achter de beweging naar passende zorg en het Integraal Zorgakkoord (IZA). Het akkoord zet vol in op samenwerking, preventie en slimmer werken. Maar wat merk je daar als eerstelijnsprofessional nu écht van in de dagelijkse praktijk?

In dit artikel nemen we je in vijf vragen mee langs de belangrijkste veranderingen en vooral: de kansen die het AZWA biedt voor jouw werk in de wijk, praktijk of regio.

1. Wat is het AZWA en waarom is het nodig?

Het AZWA is geen nieuw akkoord naast het Integraal Zorgakkoord (IZA), maar een versterking ervan. De uitdagingen zijn groot: dubbele vergrijzing, een toenemende en complexere zorgvraag en een arbeidsmarkt die steeds krapper wordt. Om het zorgstelsel toekomstbestendig te houden, wil het AZWA onder andere het personeelstekort richting 2028 met 100.000 medewerkers terugdringen en de toegang tot zorg en welzijn gelijkwaardiger maken. Dat vraagt om anders werken, anders organiseren en intensievere samenwerking.

2. Hoe verschilt het AZWA van het IZA?

Waar het IZA de route uitstippelde, brengt het AZWA extra middelen, structuur en urgentie. Zo komt er € 400 miljoen structureel beschikbaar voor voorzieningen op het snijvlak van het sociaal, verpleegkundig en medisch domein. Denk aan integrale gezinspoli’s of steunpunten voor mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen. Ook wordt regionale samenwerking sterker geborgd: niet vrijblijvend maar structureel. Hierdoor ontstaat meer ruimte voor concrete, uitvoerbare afspraken.

3. Wat betekent dit voor de eerste lijn?

De impact op huisartsen, paramedici, praktijkondersteuners en wijkteams is duidelijk zichtbaar. Wat ga jij ervan merken?

Nauwere samenwerking met het sociaal domein
De eerste lijn werkt steeds intensiever samen met gemeenten en welzijnsorganisaties. Huisartsen verwijzen bijvoorbeeld patiënten met lichte psychische of sociale klachten vaker door naar initiatieven zoals Welzijn op Recept, bijvoorbeeld een wandelgroep of creatieve activiteit.

Meer focus op preventie en leefstijl
Preventie wordt een kerntaak. Fysiotherapeuten, diëtisten en leefstijlcoaches bundelen hun inzet in wijkgerichte leefstijlprogramma’s, mogelijk gemaakt door regionale preventiebudgetten. Deze programma’s helpen inwoners eerder en effectiever.

Slimmer werken met technologie
Digitalisering en AI ondersteunen de eerste lijn in het verminderen van werkdruk. Een huisarts die een AI-tool inzet voor triage van e-consulten houdt meer tijd over voor complexe zorgvragen. Technologie wordt zo een hulpmiddel om kwaliteit én werkplezier te vergroten.

4. Wat is er nieuw voor professionals in de praktijk?

Twee hele concrete onderdelen uit het AZWA waar jij in het dagelijkse werkproces mee te maken krijgt zijn bijvoorbeeld het terugdringen van administratieve lasten en de sterkere inzet op proactieve zorgplanning.

Minder bureaucratie, meer vakmanschap
Het AZWA wil administratieve lasten verminderen. In plaats van uitgebreide verantwoording per consult, volstaat bijvoorbeeld een korte kwaliteitscheck via een regionaal dashboard. Dat geeft professionals meer ruimte om hun vak uit te oefenen.

Eerder en breder het gesprek aangaan
Vroegtijdige gesprekken over wensen en grenzen in de laatste levensfase worden onderdeel van de reguliere zorg. Een praktijkondersteuner bespreekt niet alleen medicatie, maar ook voorkeuren en behoeften rondom de laatste levensfase.

5. Hoe verhoudt het AZWA zich tot Visie Eerstelijn 2030?

De Visie Eerstelijn 2030 beschrijft zes opgaven: preventie, samenwerking, digitalisering, passende zorg, arbeidsmarkt en kwaliteit. Het AZWA sluit daar sterk op aan en maakt veel ambities uitvoerbaar. Zo worden regionale preventieprogramma’s financieel haalbaar, wordt taakdifferentiatie gestimuleerd en worden samenwerkingsafspraken minder vrijblijvend. Waar de Visie Eerstelijn 2030 de inhoudelijke richting geeft, fungeert het AZWA als versneller en bekrachtiger van die koers.

Sterkere regionale samenwerking
ROS’en zoals Mura spelen een verbindende rol tussen zorg en welzijn. Zij brengen huisartsen, wijkverpleegkundigen en welzijnsorganisaties bij elkaar om afspraken te maken over gezamenlijke casuïstiek en preventieprogramma’s. Daarmee wordt regionale samenwerking concreet en uitvoerbaar.

Tot slot

Het AZWA is geen extra laag beleid, maar een versneller van de beweging naar passende zorg. Voor de eerste lijn biedt het belangrijke kansen: om preventie stevig te verankeren, om technologie slimmer in te zetten en om samenwerkingen met welzijn te verdiepen. Zo ontstaat een toekomstbestendige eerste lijn die meer waarde toevoegt voor inwoners, patiënten en cliënten.